1686: Roelof Barendz. & Johannes Duyschot
1727: Christian Vater (3rd manual)
1992: Flentrop Orgelbouw
I Rugpositief CDE–d3
Preftant 8′ Dd
Holpyp 8′
Quint-edeen 8′
Octaaff 4′ Dd
Open Fluyt 4′ Dd
Super-Octaaff 2′ Dd
Suflet 1′ Dd
Sexqui-alter II-III
Mixtuur III-VIII
Scharp III-VIII
Scharp IV D
Trompet 8′
II Hoofdwerk C–d3
Preftant 16′ Dd
Nasaet 3′ Dd
Mixtuur III-VII B/D
Scharp IV-VII B/D
Sexqui-alter III-IV D
Fagot 16′
III Bovenwerk C–d3
Baarpyp 8′
Quintadeen 8′
Holfluyt 4′
Quint 3′ Dd
Tertiaan II-III
Ruyspyp III-VI
Waldfluyt 2′ Dd
Dolceaan 8′
Vox Humana 8′
Pedaal C–d1
Bordon 16′
Preftant 8′
Roer-Quint 6′
Octaaff 4′
Basuyn 16′
Trompet 4′
Additional stops:
Couplers: Rp.-Hw., Hw.-Rp., Hw.-Bw., Ped.-Hw., Ped.-Rp., Ped.-Bw.
Tremulant (gehele orgel)
Tremulant Boven (Bovenwerk)
Tremulant Onder (Rugpositief)
Afsluiter Bovenwerk
Ventielen Hw, Rw, en Ped.
Pitch: a1 = 440 Hz
Temperament: equal
Dd = discant is verdubbeld.
1963: D.A. Flentrop
I Hoofdwerk C–g3
Holpijp 8′
Prestant 4′
Gemshoorn 4′
Octaaf 2′
Sesquialter II D
Mixtuur III-IV
II Borstwerk (swell) C–g3
Roerfluit 4′
Nachthoorn 2′
Cymbel I-II
Regaal 8′
Tremulant
Subbas 16′
Couplers: II/I, I/P, II/P
Pitch a1 = 440 Hz